Skip to content

Terugblik op Therapeutische Verhoudingen: Medium & Cliënt

Het eerste deel van driedelige reeks De therapeutische Driehoek vond plaats op zaterdag 24 februari in De Toverwijzer te Tienen. Thema van deze dag: de verhouding tussen cliënt en het medium.

Na de kennismaking gingen we van start met een groep van 15-tal leden, waarin we begonnen met verkennende vragen: Hoe gaan jullie om met cliënt en proces in het medium? Hoe pakt ieder dit aan bij de start?
De tendens bleek een organisch start waarin de cliënt materiaal leert kennen en zelf het begin van de weg daarin zoekt. Ook een andere mogelijkheid werd zichtbaar; het materiaal geven en zo het proces laten beginnen.
Op éénder welke manier kwam een proces opgang. Hoe dit gebeurt, is afhankelijk van de persoonlijke voorkeur van de therapeut, de instelling en de doelgroep.

Het volgende deel van de dag bestond uit het observeren van een reeks tentoongestelde beelden gemaakt door cliënten uit verschillende doelgroepen. Iedereen schreef kort een woord vanuit een eerste impressie. Vervolgens werd van alle beelden een A4 foto neergelegd op tafel en werd de groep uitgenodigd hier een ordening/volgorde in aan te brengen. De uitdaging was om te zien of we aan de beelden gelijke vormaspecten konden waarnemen, of we iets van het werken in het materiaal konden bijeen brengen in kleine clusters. Dit vanuit de achterliggende vraag of zo’n continuüm iets over het proces van de client zou kunnen tonen. Er werd aarzelend gestart maar na een tijdje werd er grondig heen en weer geschoven met afbeeldingen en ontstond er een eerste vorm van volgorde of continuüm. Het werd als een moeilijk opdracht ervaren omdat elk beeld anders is en ook iedere therapeut een andere volgorde ziet vanuit haar/zijn ervaring.
Na afloop kon men met rode bollen aanduiden hoe hij/zij een beeld, binnen het continuüm op een andere plaats zou leggen. Het werd duidelijk dat er bepaalde beelden geen plaats vonden en bij meerdere clusters kon gelegd worden. Dit nodigde uit tot een fijne gedachtewisseling.

Na een welkome pauze werden de echte beelden in het voorgestelde continuüm gelegd en konden de deelnemers een observatie-ronde starten aan de hand van inspiratie-vragen. Door in het continuüm bij ieder beeld stil te staan en te kijken of men zich een beeld van het proces van de mogelijke maker/cliënt kon vormen. Vanuit het idee dat iedereen die in het medium werkt, sporen van zichzelf achterlaat. Wat iets anders is, dan een werk naar inhoud en betekenis interpreteren. Dit laatste was niet aan de orde omdat de clienten hun betekenis niet konden vertellen (ze waren er niet).
Hierop volgend werden de deelnemers gevraagd om via het medium hun eigen aanvoelen van de mogelijkheden van het continuüm vorm te geven in een beeld. In de nabespreking kwam naar voren dat elke vormgeving heel persoonlijk was.

De rode draad tijdens de nabespreking was dat de namiddag een moeilijke oefening was, daar de cliënt afwezig was en er enkel via beeldobersvatie gewerkt werd.
Belangrijkste vragen werden:
Wat betekent onze mening over een beeld als je noch proces noch cliënt hebt leren kennen. Wat is dan de waarde van een observatie?
Hoe kunnen we een cliënt waarnemen in een beeld? Kan dit?
Wat betekent dit? Wat is de meerwaarde hiervan?

Na deze gevulde namiddag samen ging ieder naar huis met vragen en zin in meer. Het was weer een fijn samen zijn met collega therapeuten en studenten.

De volgende ledenvergadering verdiepen we ons in het thema medium – therapeut.
Opgelet, de voorgestelde datum einde mei, wordt vervangen door een ander nader te bepalen datum, gezien het symposium van de Nederlandse Vakvereniging van Beeldend Therapeuten net dat weekend georganiseerd is.

Back To Top