Skip to content

 

ETHISCHE CODE

 

Regels omtrent deskundigheid

  • De creatief therapeut kan enkel zijn/haar/hen beroep uitoefenen na het beëindigen van een erkende opleiding
  • De creatief therapeut houdt rekening met de persoonlijke mogelijkheden en beperkingen  betreffende deskundigheid en emotioneel functioneren.
  • De creatief therapeut consulteert zo nodig andere deskundigen, verwijst door en/of verzekert zich van adequate begeleiding/supervisie.

 

Regels omtrent de algemene professionele houding

  • Het welzijn en de veiligheid van de cliënt krijgt voorrang op elke andere overweging binnen de creatieve therapie
  • De creatief therapeut streeft de hoogste ethische standaarden na in het belang van zijn cliënt. De creatief therapeut is geregistreerd of is aantoonbaar bezig met opname in het Register creatief therapeutische Beroepen.
  • De creatief therapeut verleent hulp aan de cliënt met respect voor zelfbeschikking van de cliënt. Hij begeleidt de cliënt in het begrijpen van de opties in het maken van eigen keuzes en respecteert de keuzes die de cliënt maakt.
  • De creatief therapeut zal geen cliënten behandelen van dewelke de ziektebeelden buiten zijn competentie liggen. Dit houdt ook gevallen in waarbij specifieke technieken die buiten het vakgebied van de therapeut vallen, vereist zijn. De creatief therapeut is zich bewust van zijn eigen vooroordelen, normen en waarden. Indien nodig verwijst hij/zij/X door naar een collega.
  • De creatief therapeut zal geen sessies, supervisies, trainingen en/of onderzoek laten doorgaan wanneer hij/zij/X er mentaal of fysiek niet toe in staat is. Dit impliceert ook dat de creatief therapeut tijdens de behandeling niet onder invloed van alcohol en/of drugs en/of andere middelen is die het hulpverlenerscontact ongunstig zouden kunnen beïnvloeden. De creatief therapeut kent de eigen grenzen wat belasting betreft en neemt zo nodig de juiste ontlastende maatregelen.
  • De creatief therapeut dient de rechten en de waardigheid van het individu te respecteren op een niet-discriminerende manier. De cliënt heeft recht op een assessment en behandeling ongeacht zijn ras, religie, etniciteit, geslacht of seksuele geaardheid.
  • Wanneer de behandeling geheel of gedeeltelijk door een stagiair van de creatief therapeut wordt uitgevoerd, dan blijft de creatief therapeut verantwoordelijk voor de behandeling met inachtneming van deze code.

Regels omtrent de therapeut-cliënt relatie  / Specifieke verantwoordelijkheden t.o.v. cliënten

  • De creatief therapeut is zich bewust van de graad van afhankelijkheid inherent aan de therapeutische relatie. Hij zal in geen enkel geval het creatief therapeutische proces gebruiken om persoonlijke doelen (bijvoorbeeld emotionele, seksuele, sociale of economische doeleinden) te dienen.
  • De creatief therapeut is duidelijk over vergoeding voor de sessies. Hij is duidelijk over het feit dat bijkomende giften niet nodig zijn.
  • De creatief therapeut handelt met respect voor de waardigheid van de cliënt en zal niet verder in het privéleven van de betrokkenen doordringen dan nodig is voor het gestelde doel.  Hij zal het recht van de cliënt respecteren om volgens een eigen overtuiging te leven. De creatief therapeut dient zich tegenover de cliënt en zijn directe omgeving respectvol te gedragen. Informaliteit, die niet duidelijk gewenst is, dient achterwege te blijven. Therapie aan familie en vrienden is uitgesloten.
  • De creatief therapeut verklaart duidelijk aan de cliënt dat de therapeutische relatie die wordt aangegaan binnen een creatief therapeutische behandeling onder een aantal voorwaarden en kenmerken gebeurt. Zijn hier van toepassing: duidelijkheid rond de creatief therapeutische oriëntatie, een verduidelijking van het beroepsgeheim ten aanzien van de cliënt, de afspraken rond het beroepsgeheim en de uitzonderingen hierop (zie onderstaand hoofdstuk ter zake), de afspraken rond betaling en duur van de behandeling.
  • De creatief therapeut zal zich onthouden van elk persoonlijk contact met de cliënt die niet binnen de therapeutische behandelingsrelatie kan gezien worden, bijvoorbeeld het aangaan van een seksuele relatie met de cliënt (verduidelijking: zie volgende vier punten), de cliënt professioneel in dienst nemen, geld lenen van de cliënt, samenwerken binnen een onderneming,…
  • Wanneer bij de creatief therapeut, dan wel bij de cliënt, eenzijdig of wederzijds andere dan in een professionele hulpverlening passende gevoelens een niet therapie-bevorderende rol spelen (waaronder verliefdheid en seksualiteit en/of sterke overdracht- en tegenoverdrachtgevoelens), dan dient een collega, intervisor of supervisor geraadpleegd te worden om gezamenlijk na te gaan of: a) de aangegane professionele relatie – die in een dergelijk geval ernstig onder druk komt te staan – gecontinueerd kan worden en op welke voorwaarden dat dan zou kunnen; b) verwijzing dient plaats te vinden en op welke manier dat zou moeten gebeuren. De creatief therapeut dient hier vervolgens naar te handelen.
  • De creatief therapeut zal nimmer een seksuele en/of intieme en/of persoonlijke relatie  aangaan met de cliënt of supervisant tijdens of na het beëindigen van de hulpverleningsrelatie.
  • De creatief therapeut onthoudt zich van seksueel gedrag en als seksueel op te vatten  handelingen, verbaal en non-verbaal, in hulpverleningscontacten. Dit wil echter niet zeggen dat er met seksualiteit en aanverwante thema’s in creatieve therapie niet gewerkt kan worden. Seksualiteit is een belangrijk onderdeel van het leven en van wie we zijn en dus ook van therapie. Het is aan de therapeut om ten alle tijden de grenzen, zoals in bovenstaande aangegeven, te bewaken.
  • Naast verplichte informatie betreffende aard, doel en duur van de behandeling dient de creatief therapeut om ieder misverstand te voorkomen professionele handelingen en functionele aanrakingen en lichamelijk contact welke mogelijk als informeel zouden kunnen worden opgevat, te verklaren en met de nodige zorg te omgeven. Hierbij dient de toestemming van de cliënt te worden afgewacht. Hierbij dient opgemerkt te worden dat functionele aanrakingen/lichamelijkheid raken aan kernelementen van de behandelmethode. Goede voorlichting aan de cliënt is hierbij noodzakelijk.

Regels omtrent de uitoefening van het beroep/ de behandeling

  • De creatief therapeut beoordeelt vanuit zijn/haar/hen eigen deskundigheid en in gesprek met de cliënt of creatieve therapie  geïndiceerd is en welke behandelmethode(n), werkwijze(n) en techniek(en) het best inzetbaar zijn, waarbij veiligheid in acht wordt genomen. De creatief therapeut dient de keuze voor zijn gedrag en interventies te kunnen verantwoorden. Kennis van de sociale kaart is voor de creatief therapeut noodzaak.
  • De creatief therapeut informeert, gevraagd of ongevraagd, de cliënt op een voor hen  begrijpelijke wijze over de aard, de werkwijze en het doel van de behandeling. Hij/zij/X laat ruimte voor gesprek over deze doelen, schept realistische verwachtingen over het verloop of de resultaten van de behandeling en spreekt met de cliënt een duidelijk evaluatiemoment af.
  • De creatief therapeut sluit de behandeling af, in overleg met de cliënt, wanneer het  gestelde doel van de behandeling optimaal is bereikt, wanneer de cliënt niet langer voordeel meer heeft van de creatieve therapie of wanneer een verwijzing naar een ander behandelaar geïndiceerd is.
  • De creatief therapeut erkent het recht van de cliënt om de behandeling op elk moment te  onderbreken, af te breken of medewerking te weigeren bij bepaalde therapeutische methoden, werkwijzen of technieken die de creatief therapeut hanteert. De therapeut neemt de verantwoordelijkheid voor eventuele verwijzing op zich.
  • Als de creatief therapeut de behandeling, om welke reden dan ook, afbreekt of onderbreekt, motiveert en adviseert deze de cliënt wat betreft een optimaal vervolgtraject en/of draagt zorg voor adequate verwijzing.

Beroepsgeheim

  • De creatief therapeut heeft met de cliënt een vertrouwensrelatie. Uit de behandeling  verkregen kennis valt onder het beroepsgeheim. Het beroepsgeheim moet gesitueerd worden binnen een juridisch kader. De belangrijkste wettelijke bepaling m.b.t. het beroepsgeheim is artikel 458Sw van het Belgische strafwetboek. (Schellaert , 2013)
  • De creatief therapeut zorgt ervoor dat anderen geen kennis kunnen nemen van wat er in  de behandelruimte plaatsvindt of gezegd wordt in vertrouwelijkheid. Er is sprake van zwijgplicht: hiermee wordt bedoeld dat de geheimhouder principieel de plicht heeft te zwijgen over de inhouden die de creatief therapeut in het kader van zijn beroepsuitoefening of functie vernomen of vastgesteld heeft. Zwijgrecht is juridisch verbonden aan zwijgplicht: wie de plicht heeft om te zwijgen heeft ook het recht om te zwijgen, de geheimhouder kan niet gedwongen worden om de vertrouwensrelatie en de geheimhouding te verbreken.
  • Vertrouwelijkheid is geen absoluut concept, de cliënt wordt hiervan op de hoogte gebracht. Binnen de rechtsleer wil men meer en meer afstappen van de enge interpretatie van de wettelijke zwijgplicht. In die context is er sprake van spreekrecht en soms ook spreekplicht.

Er zijn uitzonderingen op het beroepsgeheim en de zwijgplicht:

  • De cliënt kan zelf het recht tot spreken verlenen. Als een cliënt een toestemming verleent moet hij/zij/X dit vrijelijk, goed geïnformeerd en vooraf doen, over een specifieke materie en moet het een uitdrukkelijk beslissing zijn. Het is evenwel beter dat men de cliënt zelf de informatie laat doorgeven, niet alleen uit respect voor die cliënt, maar ook om zich te beschermen tegen een eventuele latere intrekking van de toestemming.
  • Artikel 458 Sw. bepaalt dat ‘wie geroepen is om in rechte of voor een parlementaire onderzoekscommissie getuigenis af te leggen’ het beroepsgeheim mag doorbreken zonder hiervoor gesanctioneerd te worden. Je hoeft daarom geen antwoord te geven op de vragen die jou gesteld worden, want hoewel de zwijgplicht vervalt, houd je wel het recht om te zwijgen. Voor eigen verdediging mag het beroepsgeheim ook doorbroken worden. Omwille van de volledigheid moet ook aangehaald worden dat er een wet is die voorziet dat iemand het recht heeft om te handelen, bijvoorbeeld spreken, als men handelt onder onweerstaanbare dwang, naast fysieke dwang, kan iemand ook bevangen worden door de psychische morele dwang.
  • Een geheimhouder heeft in beperkte mate ook spreekrecht als de bekendmaking van geheimen noodzakelijk is met het oog op begeleiding of hulpverlening
  • Van een hulpverlener wordt geen aangifte verwacht van feiten die hij/zij/X verneemt in de uitoefening van zijn beroep, want het beroepsgeheim primeert op de meldingsplicht. Wanneer iemand echter in groot gevaar verkeert, is ook de geheimhouder verplicht hulp te bieden. In dat geval moet men hun zwijgplicht doorbreken teneinde hulp te bieden omdat hier een hoger belang moet worden gevrijwaard dan het beroepsgeheim. Wanneer men dit niet doet, is er sprake van schuldig verzuim. Aansluitend bij schuldig verzuim is er in de jurisprudentie ook sprake van ‘noodtoestand’ als rechtvaardigingsgrond om het beroepsgeheim geldig te doorbreken.
  • Wanneer de geheimhouder weet heeft van bepaalde misdrijven, zoals aanranding van de eerbaarheid of verkrachting,… van kwetsbare personen (bijv. minderjarigen) kan de persoon, gebonden aan het beroepsgeheim, de zwijgplicht doorbreken en dit melden aan de procureur des Konings.
  • Het beroepsgeheim kan worden doorbroken bij dreigend gevaar of aanhoudende schade. In dat geval wordt voorrang gegeven aan het recht van de cliënt (minderjarig of meerderjarig) en zijn/haar/hen omgeving om te worden beschermd tegen iedere vorm van geweld, misbruik en verwaarlozing.
  • Gezamenlijk beroepsgeheim: Binnen de vertrouwelijkheid van een multidisciplinair team wordt informatie over het creatief therapeutisch proces en kunstzinnig werk van de cliënt met teamleden gedeeld in het belang van het opstellen van een multidisciplinair behandelplan.
  • Gedeeld beroepsgeheim: gegevens die relevant (noodzakelijk en nuttig) zijn voor de hulpverlening aan de cliënt, kunnen, mits toelating van de cliënt, gedeeld worden met geschikte deskundigen buiten een multidisciplinair team, zoals verwijzers of therapeuten waarnaar verwezen wordt.
  • Mits toelating van de betrokken cliënt kan/mag informatie gebruikt worden voor studiedagen en/of opleidingen waar ook de deelnemers aan het beroepsgeheim verbonden zijn. Ten behoeve van intervisie of supervisie mag de creatief therapeut geanonimiseerde cliëntgegevens verstrekken aan, en bespreken met, anderen, dit kan ook bijvoorbeeld voor opleidingsdoeleinden (bijv. met een stagiaire). Mits toelating van de betrokken cliënt mag anonieme informatie gepubliceerd en/of gepresenteerd worden als deel van een gevalsstudie of een onderzoek. De creatief therapeut is verantwoordelijk voor het anonimiseren van het materiaal.

Regels omtrent dossierbeheer

  • De creatief therapeut rapporteert over zijn/haar/hen professionele activiteiten zodanig dat hij/zij/X in staat  is rekenschap af te leggen aan de cliënt, aan beroepsgenoten, doorverwijzers en andere leden van multidisciplinair samengestelde teams waarbinnen hij werkzaam is. Dit schrijven moet altijd in functie zijn van de cliënt en getuigen van respect. Het is onderhevig aan de voorschriften van het beroepsgeheim.
  • De creatief therapeut die in een instelling werkt, houdt zich aan de regels betreffende  dossiervorming die binnen de instelling gelden. De creatief therapeut die een eigen praktijk voert, zorgt voor een systematische dossiervorming van voor de behandeling relevante stukken.
  • De cliënt heeft recht op inzage in het creatief therapeutisch behandelplan en de  voortgangsrapportage. Aanbevolen wordt de inzage plaats te laten vinden in aanwezigheid van de therapeut, waarbij de creatief therapeut mondeling uitleg kan geven.
  • De creatief therapeut kan gedurende de behandeling eigen werkaantekeningen maken en/of band-  en/of video-opnamen. Deze werkaantekeningen en opnamen behoren niet tot het dossier en zijn niet ter inzage, maar vallen wel onder het beroepsgeheim.
  • De creatief therapeut draagt zorg voor een eindrapportage van het therapieproces voor de cliënt.

Afspraken i.v.m. dossiervorming van beeldend materiaal

  • Beelden die als therapeutisch middel vervaardigd worden tijdens therapie behoren tot een visueel dossier. Dit materiaal wordt ten voordele van het therapeutisch proces de duur van de therapie gebundeld op eenzelfde afgesproken plaats (portfolio, procesmap, schuif…), en bij voorkeur door de therapeut, in de therapieruimte, in bewaring gehouden. Met uitzondering van beelden die ten voordele van het therapeutisch proces in onderlinge overeenkomst (tijdelijk) een andere bestemming krijgen.
  • Gecreëerde beelden blijven ten alle tijden eigendom van de cliënt en voor de therapeut vallen deze onder het beroepsgeheim. De therapeut kan ze bijgevolg niet verspreiden (in welke vorm dan ook) zonder geschreven toestemming, met uitzondering van expositie binnen de therapieruimte, waarbij anonimiteit dient gerespecteerd te worden.
  • In het kader van systeemtherapie kan een minderjarige de vraag worden gesteld om beelden met de ouders te delen. De minderjarige heeft recht op bescherming van zijn privéleven en in deze geldt onverminderd het beroepsgeheim van de hulpverlener. Hij/zij/X kan zich verzetten tegen de toegang tot de door hem aangewezen gegevens (in dit geval beeldend werk), dus ook tegenover ouders.  Er moet hier uitgegaan worden van de competentiebenadering (decreet betreffende de rechtspositie van de minderjarige): er wordt  uitgegaan van het vermoeden van bekwaamheid van alle minderjarigen om zelf te beslissen en/of toestemming te geven om informatie (die valt onder het beroepsgeheim) al of niet door te geven aan de ouders. Hierbij wordt participatie en dialoog centraal gezet. Ouders hebben wel het recht om alle nuttige informatie in te winnen die noodzakelijk is om hun beslissingsrecht uit te oefenen over fundamentele aspecten van de opvoeding, zoals onderwijs, godsdienst, of gezondheid. Dus enkel in gevallen dat dit recht primeert op het recht op privacy van de minderjarige kan een beeldend werk, zonder de toestemming van de jongere aan de ouders worden getoond.
  • Bij afronden van de therapie zal het visuele dossier in zijn geheel aan de cliënt overhandigd worden. De cliënt staat vrij te beslissen wat hij/zij/X hier verder mee doet. Indien de cliënt de therapie vroegtijdig beëindigd en/of beelden achterlaat blijven deze gedurende een (vooraf door de instelling en de therapeut bepaalde) tijd door de therapeut bewaard; ingaand vanaf het laatste contact. Tijdens deze periode kan de cliënt de beelden alsnog komen ophalen.
  • De creatief therapeut is niet aansprakelijk voor beschadiging aan beeldend materiaal dat bij hen in bewaring is/blijft.
  • Wanneer de cliënt komt te overlijden beschikt de therapeut over het recht een weloverwogen professionele beslissing te maken over het al dan niet overhandigen van (delen) van het visueel dossier aan nabestaanden. Deze beslissing steunt op het engagement tav de overledene cliënt, niet op de behoeften van zijn nabestaanden.

Regels omtrent professionele relaties

  • De creatief therapeut zal streven naar een goede, ondersteunende samenwerking met collega’s creatief therapeuten en collega’s uit andere beroepsdisciplines. Hij/zij/X zal hun eventueel anders georiënteerde werkwijzen respecteren.
  • De creatief therapeut zal zich onthouden van onrespectvolle opmerkingen over collega’s. In geval van een conflict zal de creatief therapeut zoeken naar een aanvaardbare oplossing.

Verantwoordelijkheden t.o.v. opleidingen, supervisies, bijscholingen, … 

  • De creatief therapeut zal zich inzetten om alle professionele kennis en vaardigheden te onderhouden en uit te breiden; dit onder de vorm van trainingen, studiedagen, supervisie,…
  • De creatief therapeut neemt deel aan intervisie.
  • De creatief therapeut is op de  hoogte van recente ontwikkelingen, door bijv. op de hoogte te blijven van nieuwe literatuur verbonden aan het beroep.

Regels omtrent onderzoek

  • Bij elk onderzoek waarbij cliënten direct of indirect betrokken zijn, wordt voorrang gegeven aan hun persoonlijke belangen en hun veiligheid
  • Het intellectuele vermogen van collega’s zal respectvol worden gebruikt. De bijdrage van medewerkers zal duidelijk worden vermeld bij elke presentatie of publicatie

Regels omtrent publiciteit

  • Leden die een privé-praktijk hebben, kunnen hiervoor publiciteit maken. Zij maken op een gepaste en accurate manier kenbaar wat hun aanbod, hun opleiding en hun ervaring inhoudt, zodat cliënten een geïnformeerde keuze kunnen maken.

Uitvoering van de ethische code

  • BVCT-ABAT vzw zal een onderzoek instellen naar verklaarde inbreuken van de ethische code en, waar nodig, geregistreerde leden gepast onderrichten.
Back To Top